Off en On topic :
Al wekenlang gaapte me in de supermarkt een leeg vak aan. Een kleine holte, naast al die rijen verschillende soorten en merken pindakaas.
Het vak waar het zwarte goud lag opgeslagen.
De potten Marmite.
Die zwarte potjes met de karakteristieke gele deksels. Met daarin een zwarte, kleverige substantie. Een planten- en kruidenpasta voor op brood of in de soep.
De een vindt het het goorste wat ooit op de markt is gebracht, de ander loopt met het vegetarische gist-extract weg. In de wereld van Marmitehaters en -adepten behoor ik tot het laatste kamp. (En zeggen we nu ‘marmiet’ of ‘marmait’?)
Een boterham met iets te veel boter en dan iets te veel Marmite erop laten lopen…
Op internet las ik dat Marmite is uitgevonden door de Duitser Justus von Liebig, die ook wordt beschouwd als de uitvinder van de kunstmest. Koren op de molen van de haters. (Mijn opa heeft er nog banden mee geplakt, en het desinfecteert ook heel goed kleine brandwonden.)
Maar goed. Al wekenlang, wat zeg ik: al maandenlang, was in mijn supermarkt geen potje Marmite meer te krijgen. Het vak bleef leeg.
Had het iets met de brexit – Marmite is in Engeland ontwikkeld – te maken? Had de Nederlandse consument opeens geen behoefte meer aan Marmite? Vragen is in deze niet de goede weg, het leidt tot teleurstellingen. “Dat kan nog weleens maanden duren,” is niet het antwoord dat je wilt krijgen. Dus elke keer als ik boodschappen deed, hoopte ik bij het de hoek omgaan de gele dekseltjes te zien schijnen.
Soms stelde ik het betreden van het desbetreffende pad uit (zoals je vroeger eerst je aardappels en groenten naar binnen werkte alvorens aan het stuk verse worst te beginnen). Soms ook ging ik naar de winkel als ik helemaal niets nodig had, behalve een potje Marmite.
Het was in ieder geval niet uit het assortiment gehaald. Er hing een bordje bij de plek in het schap waar de potjes te vinden waren: ‘Dit product is binnenkort weer verkrijgbaar. Zoekt u nu een product wat erop lijkt? Wij helpen u graag.’
Hier heeft de winkel een verkeerd bordje opgehangen, want wat lijkt er nu op Marmite?
Maar gisteren was er wel iets veranderd. Het schap met dat ene lege vak, die ontbrekende tand in een verder goed gebit, was dichtgesmeerd met weer een andere pindakaas. Ik stond radeloos voor al die potten pindakaas. Ik liep naar links, naar rechts, weer naar links voor het vak, als een gekooide tijger. Het lege vak was niet verplaatst, en het bordje ‘Dit product is binnenkort weer verkrijgbaar’ was verdwenen.
De gele dekseltjes vermoord.
Nooit meer Marmite? Het is een ondraaglijke gedachte.
Maarten Moll schrijft over dagelijkse beslommeringen in de stad.